Twee nieuwe boeken over humanisme, 2020

Tijdens de opsluiting heb ik de editie van twee boeken voor de Nugæ humanisticæ-collectie in Brepols, op twee humanistische drukkers (Morel en Turnèbe) en op de eerste editie van het Erasmus’New Testament in 1516 afgerond.Dokters van teksten, artsen van de zielen, zoals de filosofie van Adrien Turnèbe (1512-1565) en Guillaume Morel (1505-1564), twee erudiete drukkers die hun leven wijdden aan het genezen, hechten en repareren van de teksten uit het verleden om ze door te geven aan de mannen van hun generatie en de komende eeuwen. Turnèbe en Morel, die al in 1551 werden geassocieerd, handelden beiden in hun tijd dankzij hun persen en wilden het geweld uitroeien met de kracht van hun manuscripten. Turnèbe werd in 1555 benoemd tot hoogleraar aan het Koninklijk College en gaf de Grieken aan Morel door, die nu voor hem de typografische karakters, grammatica’s en teksten van de Ouden drukte. Door de publicatie van alle voorwoorden die de door hen uitgegeven boeken vergezellen, werpt dit werk een nieuw licht op de complexiteit van deze geleerden, die in een eeuw van confrontatie een bepaald idee van mens, vriendschap en vrede verdedigden. Met een degelijke historische inleiding en ontworpen als werkinstrument is dit werk een uitnodiging om de culturele en religieuze sfeer van de 16e eeuw van binnenuit te herbeleven.

Médecins des textes, médecins des âmes. Adrien Turnèbe et Guillaume Morel, Les préfaces de deux imprimeurs érudits, ed. Marie Barral-Baron, Judit Keckskémeti with Alexandre Vanautgaerden, Turnhout, Brepols (Nugæ humanisticæ 20), 2020, 546 p.
Dokters van teksten, artsen van de zielen, zoals de filosofie van Adrien Turnèbe (1512-1565) en Guillaume Morel (1505-1564), twee erudiete drukkers die hun leven wijdden aan het genezen, hechten en repareren van de teksten uit het verleden om ze door te geven aan de mannen van hun generatie en de komende eeuwen. Turnèbe en Morel, die al in 1551 werden geassocieerd, handelden beiden in hun tijd dankzij hun persen en wilden het geweld uitroeien met de kracht van hun manuscripten. Turnèbe werd in 1555 benoemd tot hoogleraar aan het Koninklijk College en gaf de Grieken aan Morel door, die nu voor hem de typografische karakters, grammatica’s en teksten van de Ouden drukte. Door de publicatie van alle voorwoorden die de door hen uitgegeven boeken vergezellen, werpt dit werk een nieuw licht op de complexiteit van deze geleerden, die in een eeuw van confrontatie een bepaald idee van mens, vriendschap en vrede verdedigden. Met een degelijke historische inleiding en ontworpen als werkinstrument is dit werk een uitnodiging om de culturele en religieuze sfeer van de 16e eeuw van binnenuit te herbeleven.
Marie Barral-Baron is een agrégé d’histoire, doctor in de moderne geschiedenis van de Universiteit van Parijs Sorbonne, en docent aan de Universiteit van de Franche-Comté. Als specialist in Erasmus en evangelisch humanisme richt haar onderzoek zich met name op de geschiedenis van de ideeën in de eerste helft van de 16e eeuw.
Judit Kecskemeti is gepromoveerd in klassieke filologie aan de Universiteit van Boedapest en in postklassiek Grieks aan de Universiteit van Parijs-Sorbonne en is ingenieur geweest bij het CNRS en het IRHT.
Alexandre Vanautgaerden van de Koninklijke Academie van België heeft een doctoraat in geschiedenis en kunstgeschiedenis en is de auteur van talrijke werken over Erasmus, humanisme en de geschiedenis van de boeken.
Schrijven van het voorwoord, redactie van de tekst, opmaak van het boek en omslag.

Le Nouveau Testament (1516). Regards sur l’Europe des humanistes et la réception d’Érasme en France, ed. Thierra Amalou et Alexandre Vanautgaerden, Turnhout, Brepols (Nugæ humanisticæ 21), 2020, 420 p.
Het boek publiceert een reeks studies over het uitgeversbedrijf dat Erasmus van 1516 tot 1535 in Bazel heeft uitgevoerd. Het richt zich op de ontvangst van dit bijbelse werk in Frankrijk en wordt aangevuld met een kroniek van de gepubliceerde werken over het Nieuwe Testament van Erasmus (2016-2020). Deze bundel is ontstaan na een internationale bijeenkomst in de Sorbonne in december 2016.
Thierry Amalou (Université de Paris 1-Panthéon-Sorbonne)
Marie Barral-Baron (Université de Franche-Comté, LSH)
Christine Bénévent (École des Chartes)
Gilbert Fournier (CNRS, IRHT)
André Godin (CNRS)
Jean-Marie Le Gall (Université de Paris 1-Panthéon-Sorbonne)
Jonathan Reid (East Carolina University)
Sylvana Seidel Menchi (Université de Pise)
Alexandre Vanautgaerden
(Académie royale de Belgique)
Malcom Walsby (Université de Rennes 2, CERHIO)